Het verzet van Groot-Brittannië tegen wederuitvoer is terug te voeren op de Navigation Acts, een reeks wetten die in de 17e en 18e eeuw werden uitgevaardigd om de handel tussen Groot-Brittannië en zijn koloniën te reguleren. De Navigatiewetten waren gebaseerd op de principes van het mercantilisme, een economisch systeem dat de stroom van edelmetalen naar een land probeerde te maximaliseren door de buitenlandse handel en de verwerving van koloniën te reguleren.
Volgens de Navigation Acts moest alle handel tussen Groot-Brittannië en zijn koloniën op Britse schepen plaatsvinden. Dit betekende dat goederen die vanuit de koloniën in Groot-Brittannië werden geïmporteerd, rechtstreeks van de kolonie naar Groot-Brittannië moesten worden verscheept en niet opnieuw naar andere landen konden worden geëxporteerd. Op dezelfde manier moesten goederen die vanuit Groot-Brittannië naar de koloniën werden geëxporteerd, rechtstreeks van Groot-Brittannië naar de kolonie worden verscheept en konden ze niet opnieuw naar andere landen worden geëxporteerd.
De Navigatiewetten hadden verschillende doelstellingen. Ten eerste probeerden ze ervoor te zorgen dat de Britse koloniën een bron van grondstoffen voor de Britse industrie en een markt voor Britse goederen zouden worden. Door te voorkomen dat de koloniën goederen opnieuw exporteerden, zorgden de Navigation Acts ervoor dat Britse kooplieden en fabrikanten zouden profiteren van de handel tussen Groot-Brittannië en zijn koloniën.
Ten tweede probeerden de Navigation Acts de zeemacht van Groot-Brittannië te versterken. Door te eisen dat alle handel tussen Groot-Brittannië en zijn koloniën op Britse schepen zou plaatsvinden, hielpen de Navigation Acts bij de opbouw van de Britse koopvaardij en de Royal Navy. Dit was belangrijk voor de verdediging van Groot-Brittannië, aangezien de koopvaardij een pool van bekwame matrozen voor de Royal Navy leverde, en de Royal Navy essentieel was voor de bescherming van de Britse handel en koloniën over de hele wereld.
De Navigatiewetten waren controversieel en werden kwalijk genomen door veel kolonisten die vonden dat hen het recht werd ontzegd om vrij handel te drijven met andere landen. De Navigation Acts bleven echter van kracht tot het einde van de 18e eeuw, toen ze geleidelijk werden versoepeld toen Groot-Brittannië een liberaler handelsbeleid voerde.
Landbouw: De belangrijkste bron van inkomsten voor de meeste Engelse koloniën was de landbouw. De koloniën produceerden een verscheidenheid aan gewassen, waaronder tabak, katoen, rijst en suiker. Deze gewassen werden verbouwd op grote plantages, die vaak werden bewerkt door tot slaaf gemaakte Afrika
nationaal agentschap voor toerisme van Groot-Brittannië , VisitBritain , schat 29.9 buitenlandse bezoekers naar het Verenigd Koninkrijk in 2009 , getekend door de attracties van de Big Ben , de rivier de Theems en de historische charme van Londen. Frequentie Van degenen die Londen bezocht in 2009
Schotland werd onafhankelijk van Engeland onder koning Robert the Bruce, die regeerde van 1306 tot 1329. Hij speelde een cruciale rol in de Slag bij Bannockburn in 1314, die wordt beschouwd als een keerpunt in de Schotse Onafhankelijkheidsoorlog en die de status van Schotland als een onafhankelijke