Riviervalleien boden vruchtbare grond voor de landbouw, waardoor het voor de vroege mens gemakkelijker werd om gewassen te verbouwen en een vaste levensstijl te onderhouden. Door de regelmatige overstromingen van rivieren werd de bodem aangevuld met voedingsstoffen, waardoor deze ideaal werd voor landbouw.
2. Water :
Rivieren vormden een betrouwbare bron van water voor drinkwater, irrigatie en transport. Vroege beschavingen hadden niet kunnen overleven zonder een betrouwbare watervoorziening, en rivieren boden die noodzaak.
3. Vervoer :
Rivieren waren natuurlijke snelwegen die de handel en communicatie tussen verschillende regio's mogelijk maakten. Hierdoor konden vroege beschavingen goederen, ideeën en technologieën uitwisselen, wat de culturele en economische groei bevorderde.
4. Verdediging :
Rivieren dienden als natuurlijke barrières tegen indringers en boden bescherming en veiligheid voor vroege nederzettingen. Hierdoor konden beschavingen floreren zonder constante angst voor aanvallen.
5. Energie :
Rivieren zouden kunnen worden gebruikt om waterkracht op te wekken, die vroege beschavingen voor verschillende doeleinden konden gebruiken, zoals het malen van graan of het aandrijven van machines.
6. Stedelijke centra :
Riviervalleien boden geschikte locaties voor de ontwikkeling van stedelijke centra. De concentratie van mensen in deze centra leidde tot specialisatie van arbeid, technologische vooruitgang en de opkomst van complexe samenlevingen.
7. Culturele betekenis :
Rivieren hadden voor veel vroege beschavingen een religieuze en culturele betekenis. Ze werden vaak als heilig beschouwd en gezien als een bron van leven en vruchtbaarheid. Dit spirituele belang heeft verder bijgedragen aan de ontwikkeling van beschavingen in riviervalleien.
Voorbeelden :
- Nijlvallei in Egypte
- Indusvallei in Zuid-Azië
- Huang He (Gele Rivier) Vallei in China
- Tigris-Eufraatvallei in Mesopotamië
- Nijlvallei in Egypte
De Theems heeft geen stroomversnellingen omdat de rivier een zeer lichte helling heeft. De bron van de Theems ligt bij Thames Head in de Cotswold Hills, en de rivier stroomt 346 km lang naar de Noordzee. De gemiddelde helling van de rivier bedraagt slechts 0,1%, wat betekent dat de rivier slechts
Mono Lake is een eindmeer, wat betekent dat er geen uitlaatklep is. Hierdoor verdampt al het water dat erin stroomt, waardoor de opgeloste mineralen achterblijven. In de loop van de tijd heeft dit ertoe geleid dat Mono Lake erg zout is geworden, met een zoutgehalte van ongeveer 100.000 delen per mil
Elke seconde wordt vanuit Noord-Amerikaanse rivieren ongeveer 2.400.000 liter zoet water in de Atlantische Oceaan geloosd.